26 juni 2023
Dorothé was een geboren en getogen Brabantse, die in de jaren zestig in Stuttgart het pad kruiste van Fabio. Korte tijd na deze ontmoeting zat zij getrouwd en wel in Milaan. Liefde op het eerste gezicht. Dat klinkt als een cliché, maar anders kun je het toch niet noemen als je iemand tegenkomt die je binnen 24 uur ten huwelijk vraagt en aan wie je meteen ja zegt. Het was het begin van een lang en gelukkig huwelijk waaruit drie zoons zijn geboren. Daarnaast bouwde Dorothé een carrière op als tolk/vertaler, docente Nederlands en cultureel bemiddelaar.
Voor zover ik het kan beoordelen, waren haar sterke kanten in het beroepsleven een ontoombare energie, een enorme communicatiekracht en een onbedwingbare neiging tot teambouwen. Dorothé was een netwerker toen het belang van netwerken nog amper onderkend werd. In 1989 richtte zij samen met Joan van der Linden het Nederlands-Italiaans Netwerk op. Dit netwerk van tolken en vertalers had en heeft nog steeds als doel het contact te bevorderen tussen onafhankelijke tolken en vertalers met Nederlands en Italiaans als werktalen. Het is in de loop der jaren uitgegroeid tot een uniek samenwerkingsverband van professionele tolken en vertalers in Noord- en Midden-Italië, zoals op de website te lezen valt (https://www.netwerk.it/nl/). In feite is dit netwerk een treffende uiting van wat mij de typerende kracht van de Nederlandse samenleving lijkt: de bereidheid tot overleg, samenwerking en teamvorming. Dorothé bezat die kwaliteiten als geen ander.
In haar rijke beroepsleven als freelance vertaalster en tolk was zij vooral actief op het vlak van sociaal en gerechtstolken, toen dat beroep nog weinig bekendheid genoot in onze Europese contreien. Daarnaast richtte zij haar aandacht geleidelijk ook meer op het leren van Nederlands aan Italiaanstaligen. In 1991 voerde zij samen met conferentietolk Ad van Ingen een avondcursus Nederlands in bij de Opleiding tolk/vertaler van de gemeente Milaan, de Civica Scuola per Interpreti e Traduttori. Die cursus oogstte zoveel belangstelling dat beiden er een paar jaar later een cursus op drie niveaus van konden maken. Nog wat later, in 2000, werd het Nederlands toegelaten tot de dagopleiding van de school, waar het de status van tweede taal verkreeg. Zodoende ontstond er een volwaardige afdeling neerlandistiek met een volledig BA- en MA-programma. In datzelfde jaar organiseerde Dorothé samen met Michel Dingenouts de Vijfde Bijeenkomst van Docenten in de Neerlandistiek van Zuid-Europa – zoals ons platform MediterraNed toen nog heette. In de jaren negentig heeft zij ook studiemateriaal ontwikkeld voor Italiaanstalige studenten: de taalcursus Parlo olandese (samen met Joan van der Linden) en het woordenboek Dizionario italiano-olandese. Olandese-italiano (samen met Marije de Jager). Naast het lesgeven was Dorothé tevens zeer actief bij het organiseren van bijeenkomsten met Nederlandstalige schrijvers en dichters.
De aanwezigheid van een groot aantal gemengde Nederlands-Italiaanse gezinnen in de regio Lombardije vormde natuurlijk een aantrekkelijk arbeidsmarktsegment voor de verspreiding van de Nederlandse taal en cultuur, en daar was Dorothé nooit ongevoelig voor. Samen met Michel Dingenouts en Annie Demol heeft zij daarom in 2008 de culturele vereniging Erasmus opgericht, waarvan zij de eerste voorzitter werd. Ook daar liet ze zich weer van haar beste kant zien en ontpopte ze zich samen met andere leden van de vereniging als grote gangmaker achter culturele en sociale evenementen die met het Nederlands te maken hadden: cursussen voor kinderen van Nederlandse of half-Nederlandse of Belgische ouders, museumbezoeken, schrijvers- en boekpresentaties. Naast bemiddelaar op de zakelijke markt wierp Dorothé zich zodoende steeds meer op als culturele diplomaat, in aanhoudende pogingen om Italiaanstaligen dichter bij de Nederlandse taal en cultuur te brengen. Voor haar verdiensten op dit vlak ontving zij in 2009 uit handen van consul-generaal Nora Stehouwer een onderscheiding als Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.
Bij mijn weten bleef Dorothé actief totdat haar gezondheid fors aan de handrem begon te trekken. De laatste keer dat ik haar ontmoette was tijdens de opnames van de luisterteksten van Mooi Zo!, waarvoor wij Nederlandse stemmen nodig hadden. Het was een lange sessie, die haar op een gegeven moment te vermoeiend werd. Het ontroerde mij te zien hoezeer zij zich nog inspande om mee te werken aan dit nieuwe instrument voor verspreiding van de Nederlandse taal. Dorothé was dan ook, om echtgenoot Fabio te citeren, ‘una donna immensa’.
Dolores Ross,
15 juni 2023